“Ik zit nu bijna zeven maanden op deze plek. In de eerste maanden draaide mijn werk vooral om kennismaken met mensen en projecten. Ik denk dat ik bijna iedereen inmiddels wel heb gesproken, zij het één-op-één of in een groepssessie. Gaandeweg kreeg mijn werk steeds meer vorm en kon ik het zelf ook vormgeven. Wat ik leuk vind, en waar mijn kracht ook ligt, is met medewerkers en leidinggevenden praten over de strategische kansen binnen onze organisatie. Als dingen nog onaf zijn omdat die kansen onbenut zijn gebleven, dan ga ik “aan”. Een voorbeeld hiervan is hoe we de kracht van onze sterke lokale partners en aanwezigheid in de haarvaten van de samenleving, kunnen combineren met een sterke rol om beleid te veranderen zodat het meer inclusief wordt. We willen in de landen waar we werken meer structurele verandering bereiken. Dit leidt ook tot een verkenningsproces met betrekking tot de landen waarin we actief willen zijn. Momenteel zijn dit er 25. Met elkaar stellen we nu de vraag of en hoe we dieper willen werken; we hebben grote ambities en dat vraagt focus. Een overweging is daarom om ons op minder landen te richten. Dit is niet iets dat ik als directeur beslis, maar waar we met de organisatie over in gesprek gaan.”
Het verschil zien om het verschil te maken
Zowel zakelijk als privé wordt Erik gedreven door het verlangen naar rechtvaardigheid. Iets dat een rode draad vormt door zijn carrière. Het is een behoefte, maar vooral een ambitie om een verschil te kunnen maken. “Armoede en achterstelling van mensen gaat mij enorm aan het hart. Al vanaf vrij jong ben ik bezig met politiek en ontwikkeling, met wat er in de wereld gebeurt. Altijd al voelde ik een sterke drang om daar positief aan bij te dragen.”
Ruimte maken voor visie en enthousiasme
“Ik haal ontzettend veel plezier uit mensen vooruit helpen. Medewerkers die zelf al een goed idee of visie hebben de ruimte geven dat te ontwikkelen. Als leidinggevende ben ik er niet eentje van de hoepels waar je door moet springen. Liever reik ik handvatten aan en bied ik perspectief. Zo in verbinding staan met mijn collega’s vind ik heel belangrijk. Ik kan een stukje van mijn eigen drive meegeven en als ik terugkijk naar de laatste jaren zie ik daarin ook een sterke ontwikkeling bij mijzelf. Vroeger was ik een verlegen, ijverige leerling. Iemand die het graag goed wilde doen maar dan het liefst wel vanuit de achtergrond. Als directeur heb ik daar nu een fijne middenweg in gevonden: in openheid naar anderen toe bewegen zonder jezelf groot te maken. Ik sta graag naast mensen om hun enthousiasme te vergroten.”
Strategische samenwerkingen die het systeem aanpakken
Een van de pijlers waar hij zich samen met collega’s nu vol enthousiasme op richt, zijn de samenwerkingen met andere ontwikkelingsorganisaties. “Van oudsher zaten we in een duidelijke niche: individuele kindzorg voor kinderen met een beperking in een ontwikkelingsland. En hoewel het doel nog steeds is om vanuit het perspectief van de kinderen hun levens te verbeteren, pakken we dankzij strategische samenwerkingen nu ook een breder systeem aan. Community based rehabilitation heet dit. Het betekent dat we niet alleen naar het kind kijken, maar ook naar de systemen om het kind heen. School, bijvoorbeeld. We willen dat leraren ook gebarentaal kennen, dat lesmateriaal in braille beschikbaar wordt en dat scholen toegankelijk zijn voor kinderen met een beperking. Pakken we dit aan, dan profiteren op lange termijn meerdere kinderen hiervan. Het is een grote klus en het proces verloopt soms langzamer dan we zouden willen, maar als het lukt dan betekent het echt duurzaam resultaat.
Duurzaam resultaat door te investeren in kennis
Een voorbeeld van een strategische samenwerking voor duurzame ontwikkeling is Zorgkompas in Kameroen, waar Erik net vandaan komt. “Zorgkompas is een project dat in samenwerking met de AFAS Foundation is gestart. Het richt zich op het opleiden van therapeuten en maatschappelijk werkers. Zij helpen op hun beurt weer kinderen met een (fysieke) beperking. In heel Kameroen bestond eigenlijk geen opleiding tot fysiotherapeut. Terwijl dat een cruciale schakel is in de revalidatie van kinderen. Daardoor is er vaak te weinig hulp, of schiet de kwaliteit te kort. Bijvoorbeeld een verkeerde aanpak van oefeningen om de spieren op te rekken, waardoor kinderen onnodig pijn hadden. Hier was zeker geen sprake van onwil bij de behandelaars, maar een gebrek aan kennis en kunde. Zorgkompas leidt gekwalificeerd zorgpersoneel op, waarvan de eerste lichting binnenkort afstudeert.”
Nieuwe kansen ver van huis
Dat Erik hier nu werkt is een mooi en logisch vervolg in zijn loopbaan. In zijn rol bij VSO initieerde hij een programma rondom seksuele gezondheid en rechten, dat hij vervolgens samen met het Liliane Fonds en andere partners uitvoerde. “Toevallig was ik in het kader van dit programma met vertegenwoordigers van het Liliane Fonds in Zambia toen ter sprake kwam dat zij een nieuwe directeur zochten. Het klonk als een mooie kans en ondanks dat ik niet heel actief op zoek was, bekeek ik de vacature. Ik zag overduidelijk aansluiting en nam direct contact op met DUX, waar de vacature uitstond. Het sollicitatieproces dat volgde was heel prettig, mede dankzij de betrokken begeleiding.”
Werken vanuit vertrouwen
“Waar ik me nog wat ongemakkelijk voelde toen tijdens onze eerste digitale kennismaking mijn dochtertje ineens in beeld kwam kletsen, reageerden zij juist heel ontspannen. Die lijn zette zich door, waarin meer diepgang ontstond.”
Mijn gesprekken met DUX gingen echt over mij; wat me dreef, waar ik behoefte aan had. Er was geen goed of fout, er werd niet ondervraagd of doorgezaagd, maar gewoon echt geluisterd.
Erik, die samen met een andere kandidaat over was, blikt terug op een soepel proces. “Al vrij snel voelde ik dat ik bracht wat zij zochten. Dan weet je dat het inhoudelijk goed zit, maar het moet ook goed voelen. Ik sprak vrij veel mensen in deze periode, onder wie leden van de raad van toezicht. Het was een prettig gesprek, waarin de dynamiek duidelijk goed zat. Van beide kanten zat er het gevoel van vertrouwen om goed samen te kunnen werken en aan de toekomst van de organisatie te kunnen bouwen. Na jaren waarin ik nog weleens het gevoel had om tot het gaatje te moeten gaan om mezelf te bewijzen, voel ik dat ik mag ontspannen. We werken hier samen: niet vanuit controle, maar juist vanuit dat vertrouwen. En dat zie je terug.”